Nieuws

Koud?

Ik lees verontrustende berichten over de naderende Winterspelen van Pyeonchang. Het wordt koud, vooral bij de openingsceremonie. De organisatie gaat extra maatregelen treffen. Aan iedereen die de happening wil bijwonen wordt een soort van overlevingspakket uitgedeeld. Snowboots, wintermuts, cognac, niets is te dol.

Ik neem aan dat de NSP ook preventief te werk gaat (Gerard?). Dat de collega’s overal op voorbereid moeten zijn. Dat je vooral niet bevriest, want dat tikt zo moeilijk.

Zelfs onze vriend uit Noord-Korea heeft zijn hulp al aangeboden door een paar landgenoten te sturen, zodat de openingsceremonie vooral een hartverwarmend karakter krijgt. Ik kan jullie verzekeren dat het allemaal flauwekul is.

Mijn eerste Winterspelen waren in 2002, Salt Lake City. Tot dan had ik vooral over voetbal geschreven. Maar mijn (vriend en) collega Marc van Veen dacht dat het verstandig was dat ik mee zou gaan, voor de ‘andere’ verhalen en de ‘kleine’ sporten. Hijzelf was vooral met schaatsen bezig en dacht dat ik daarom van toegevoegde waarde kon zijn.

Achteraf moet ik zeggen dat hij dat nog niet zo slecht had gezien. Ik ging de openingsceremonie doen. Voorafgaand waarschuwden de instanties voor vreselijke kou. Het was een zaak van overleven. Een extra gewatteerd trainingspak, snowboots, thermo-ondergoed, niets was mij te dol.

De ellende begon al toen de bus ons aan de verkeerde kant van het olympisch stadion afzette. We moesten even omlopen. In verband met de veiligheidsmaatregelen was dat omlopen nogal een ruim begrip. Het duurde anderhalf uur voor we bij de juiste ingang waren. Het was tien graden boven nul en ik zweette me kapot.

Eenmaal in het stadion sloeg het noodlot nog harder toe. Wij van de persbureau’s kregen een speciale plaats toegewezen, in een verwarmde (indoor)ruimte bovenin het stadion. Een soort VIP behandeling. Prachtig uitzicht! Heater op dertig graden. Ik heb me letterlijk voor de eerste en de laatste keer in een stadion helemaal uit moeten kleden om te overleven.

Op het moment dat ik van huis vertrok wilde ik eigenlijk al niet meer. Om vijf uur ‘s nachts ging de wekker. De taxi richting Schiphol stond klaar. Mijn dochter lag nog in de wieg naast ons. Amper drie maanden oud. In het donker luisterde ik of ze nog ademde, zoals ik dat elke keer deed als ik wakker werd. Ik ging en voelde me schuldig. Hoe moest ze nu verder zonder mij?

Het was geweldig om erbij te zijn in Salt Lake City. Een onvergetelijke ervaring. Misschien belt er nog wel iemand, of ik mee wil naar Pyeongchang. De snowboots liggen nog steeds in de kast. Nooit meer gebruikt.

Waarschijnlijk blijf ik gewoon in Nederland. Af en toe tv kijken met mijn dochter. Misschien wel de laatste Olympische Spelen dat ze nog thuis woont.

GERT LAMMERINK

Gert Lammerink (1962) schrijft deze wekelijkse column op persoonlijke titel. Hij werkt sinds 1988 bij het ANP, was in die periode twee keer chef sport, werkte daarnaast als algemeen eindredacteur en combineert tegenwoordig dat werk met sportverslaggeving. Hij deed verslag van vier Olympische Spelen (2002, 2004, 2006 en 2008). Daarnaast bezocht hij vele WKś voetbal (1990, 1994, 1998, 2010), EK’s voetbal (1992, 1996, 2000, 2008) en verder tal van titeltoernooien in het schaatsen, paardensport en judo.