Nieuws

Media massaal naar Groningen

Basketbal in Nederland was ooit een randstedelijke aangelegenheid. Met Amsterdam - dank zij clubs als DED, AMVJ, Blue Stars, Landlust, Wolves en Herly - als primus interpares. Pas in 1978 doorbrak het Bossche EBBC deze hegemonie. Onder de naam Nashua Den Bosch kwam er nieuw basketbalbolwerk tot stand. Nog altijd is deze club, die nu New Heroes Basketball heet, recordhouder qua landstitels. Zestien keer werd het nationale titelfeest gevierd in de Brabantse hoofdstad.

Maar in dit decennium is er een nieuwe heerser in basketballand opgestaan, Donar in Groningen. Nationaal staat de club op eenzame hoogte, maar ook internationaal maakt Donar naam. Voor het eerst sinds 2001, toen Ricoh Amsterdam dat presteerde, stond er weer een Nederlandse club in een Europese halve finale.

Dat is niet onopgemerkt gebleven. ,,De mediabelangstelling is dit jaar zelfs booming te noemen," zegt perschef Henk-Jan Apotheker. Afgelopen week, toen Donar met Reyer Venezia vocht om een finaleplek in de FIBA Europe Cup,  begroette hij in MartiniPlaza  liefst drie tv-zenders, uiteraard de regionale media van betekenis, maar ook nagenoeg alle landelijke kranten.

Opvallend was dan wel weer dat het AD, dat zich met de toevoeging Sportwereld afficheert als dé sportkrant van Nederland, dit toch bijzondere basketbalspektakel aan zich voorbij liet gaan en afdeed met een paar regels. Trouw daarentegen, in de persoon van good old Fred Buddenberg, bezocht zelfs de persconferentie daags te voren. Het deed denken aan een vergrijsd verleden, beginjaren zeventig, toen Trouw ook een regelmatige volger was van Donar. Destijds heette de verslaggever van dienst Mart Smeets, die graag op en neer naar Groningen mocht 'treinen' om over het fenomeen Donar te schrijven.

Want ja, de club kent een bijzondere historie. Van een studentenclub, onder de vleugels van het tegenwoordig fel bekritiseerde corps van Vindicat, uitgegroeid tot de getalsmatig op één na grootste sporttractie van Stad en Ommeland. Achter FC Groningen. Echter, op één punt scoort Donar beter: amusementswaarde.

Het is één van de redenen dat Donar uniek mag worden genoemd in Nederland. Geen zaalsportclub die meer publiek trekt in Nederland dan Donar. Tot dusver staat de teller op een moyenne van 3200 m/v per wedstrijd. En dan moeten de play-offs nog komen. Liefst vijf Europese wedstrijden waren met 4350 toeschouwers stijf uitverkocht. Zelfs voor een niemendalletje tegen Apollo Amsterdam, afgelopen zondag op een laat middaguur, liep de tent met 3650 bezoekers nagenoeg vol.

Voor het lopende seizoen werden bijna 1700 seizoenkaarten verkocht, ongekend voor een zaalsportclub. En zeker niet tegen dumpprijzen. Een Goldcardabonnement, dat toegang geeft tot álle thuiswedstrijden, kost 285 euro. Wie alleen voor de competitiewedstrijden wil reserveren, betaalt zo'n 200 euro. Daarmee is het publiek in feite de grootste sponsor, want die 1700 vaste bezoekers brengen alleen al zo'n slordige 350.000 euro in het laatje. Voor komend seizoen is de verwachting dat het  aantal seizoenkaarthouders de kaap van 2000 zal passeren. Donar is daarmee een serieuze concurrent van FC Groningen geworden en dat zorgt voor jaloerse blikken in de Euroborg.

De vaste bezoekers krijgen bij Donar, vernoemd naar een God van de donder, nagenoeg altijd waar voor hun geld. Niet alleen zitten ze, net als de bijna 200 leden van ook al snel groeiende businessclub, op pluche, maar ook weten ze zich verzekerd van vermaak in een spetterende ambiance.

Een avondje Donar is een aangename mengeling van sport en show, die ook nog eens appelleert aan de trots van de noorderling. Want de populariteit van de club is over de stadsgrenzen heen gegaan. Ook de sportliefhebbers in de schil rond Groningen - niet alleen van mannelijke signatuur, maar ook vrouwen en kinderen - hebben Donar inmiddels ontdekt.

Het is ook geen hype van voorbijgaande aard. Sinds de junidag in 1973 dat Donar, met dank aan sponsor Nationale Nederlanden, op de professionele toer ging, was het een succesnummer. De allereerste wedstrijd tegen het Zandvoortse Typsoos Lions, in de toen net geopende, kleinere Evenementenhal, trok gelijk al een volle bak, ofwel ruim 2500 toeschouwers. Die mochten gratis en voor niets kennismaken met topbasketbal. De meesten waren meteen verkocht. Handbal, tot dan de beste bezocht zaalsport in de stad, werd in no time van de kaart geveegd.

Zelfs een kink in de kabel, nadat de verzekeraar na tien jaar sponsoren de stekker  - nota bene in het kampioensjaar 1983 - er uit had getrokken, kon Donar niet klein krijgen. Na de wederopstanding, in 1986, bleek dat vele ‘stadjers’ hun hart nog aan Donar hadden verpand. Zozeer zelfs, dat sponsors die meenden Donar een andere naam te moeten geven (MPC Capitals, GasTerra Flames), geen gehoor vonden bij het publiek. Het was, is en blijft altijd DO-NAR , DO-NAR als de ploeg moet worden aangemoedigd.

De clubleiding blijft nuchter onder alle voorspoed van dit jaar. Zeker, het Europese succes smaakt naar meer, maar met een begroting van 1.6 miljoen mag niet worden verwacht dat dit seizoen de norm is voor de komende jaren. Een nieuwe hoofdsponsor zou de Donar een forse stap voorwaarts kunnen helpen. Echter, om de één of andere reden komt die maar niet opdagen. Het verhaal gaat dat Donar te hoog in de boom zit qua vraagprijs. En ja, de klassieke sportsponsoring is ook op de terugweg. De schaatssport, die toch uitgebreid tv-exposure krijgt, lijdt er zelfs onder.

Daarnaast is er voor de regerend landskampioen geen lucratief verdienmodel mogelijk. De huur is hoog en de horeca-inkomsten slechts marginaal. Daarom wordt er in Groningen geroepen om een eigentijdse nieuwe topsportarena met een capaciteit van 6500 m/v, waar Donar meer geld kan genereren en uit kan groeien tot een vaste bespeler in de Champions League.

De gemeente is die optie inmiddels aan het onderzoeken, maar doet dat op 33 toeren. Dat staat in schril contrast met het tempo dat wordt gemaakt om het huidige cultuurcentrum De Oosterpoort te vervangen door volledige nieuwbouw, terwijl er ook al buitengewoon fors (80 miljoen) is geïnvesteerd in een ander giga-cultuurproject, het majestueuze Forum aan de Grote Markt.

De, mede dank zij de grote studentenpopulatie, florerende zaalsport in Groningen – volleybalclub Lycurgus is ook al kampioen van Nederland – zou een unique selling point niet misstaan. De hoop bij sportminnend Groningen is gevestigd op de onlangs opgerichte Sportpartij, die bij de tot november uitgestelde gemeentelijke verkiezingen mee gaat dingen naar een x-aantal raadszetels.

Hoe dan ook, het door Groningen zo aanbeden Donar zal het van Europa moeten hebben de komende jaren. In de zwakke Nederlandse eredivisie, waar slechts vier clubs zich een beetje kunnen meten met Donar, zijn nauwelijks nog uitdagingen van betekenis te vinden.     

 

DICK HEUVELMAN