Nieuws

De sigaar!

Het mooiste ‘shot’ van het WK tot nu toe vond ik toch wel dat van Maradona, die met een grote sigaar in de mond in de VIP-omgeving van het stadion zich zo ongeveer steil achterover liet vallen toen hij zijn landgenoten uit Argentinië weer een kans zag missen tegen IJsland.

Hoe lang het heeft geduurd voordat Pluisje weer overeind kwam weet ik niet.

Uiteraard had hij de bordjes niet gelezen waar op stond dat je in het stadion niet mocht roken, anders had hij het niet gedaan. Hij heeft ook nooit de reglementen gelezen waarin staat dat je met je handen van de bal af moet blijven.

Hoewel hij mogelijk de beste voetballer ooit is herinner ik hem vooral van zijn optredens als clownesk figuur. Of van dat filmpje dat hij bij een of andere promotie-activiteit in pak even met de bal aan de voet loopt en achteloos een willekeurige voorbijganger tussen de benen door tikt.

Ik heb ook genoten van de verhalen over zijn bezoek aan Mierlo vorig jaar, waarbij zo ongeveer alle geplande activiteiten in het water vielen. Dat hij nog een kapper uit Enschede liet overkomen, maar vervolgens geen kans zag de man even te ontvangen.

Of hoe hij als een volslagen malloot bij het WK in Zuid-Afrika als bondscoach bij zijn land langs de lijn stond.

Geen wonder dat het lastig is voor Messi in de voetsporen van deze man te treden.

Volgens mij heb ik hem twee keer in het echt gezien. Als voetballer. De eerste keer was een legendarische wedstrijd, de halve finale op het WK van 1990 tussen Italië en Argentinië. De wedstrijd vond plaats in Napels, waar Maradona in die tijd grote successen vierde. Hij was daar zo ongeveer de rechterhand van God.

Hij adviseerde zijn Italiaanse stadgenoten vooraf nog toch vooral voor Argentinië te zijn. ,,Als het WK voorbij is laat het hele land jullie hier in het zuiden toch weer stikken’’, zei hij, zo ongeveer dan.

Ik nam die dag de trein van Rome, destijds mijn verblijfplaats, naar Napels. Ik reisde samen met Ben de Graaf weet ik nog, destijds chef sport van de Volkskrant en sportjournalist van groot aanzien. En biljartspecialist natuurlijk. Daar sprak hij ook voornamelijk over, terwijl het spoor ons steeds dichter bij Maradona bracht.

Maradona speelde met een gezwollen enkel. Verre van fit slaagde hij er toch in de beslissende actie uit te voeren. Een pass op Caniggia, die het enige doelpunt maakte.

De tweede keer dat ik Maradona zag was enkele dagen later, bij de finale tegen West-Duitsland in Rome. Helaas kon Maradona daarin opnieuw niet veel laten zien. De wedstrijd werd beslist door Brehme, dat zegt eigenlijk genoeg.

Daarna is het snel bergafwaarts gegaan met Maradona.

Maradona zien en dan sterven was in die dagen een gevleugelde uitdrukking. Voor de ‘echte’ Maradona waren we eigenlijk toen al te laat.

Bovendien was me op de terugweg uit Napels met de trein naar Rome al duidelijk geworden dat Ben ook nog even Raymond Ceulemans wilde zien. 

GERT LAMMERINK

Gert Lammerink (1962) schrijft deze wekelijkse column op persoonlijke titel. Hij werkt sinds 1988 bij het ANP, was in die periode twee keer chef-sport, werkte daarnaast als algemeen eindredacteur en combineert tegenwoordig dat werk met sportverslaggeving. Hij deed verslag van vier Olympische Spelen (2002, 2004, 2006 en 2008). Daarnaast bezocht hij vele WK’s voetbal (1990, 1994, 1998, 2010), EK’s voetbal (1992, 1996, 2000, 2008) en verder tal van titeltoernooien in het schaatsen, paardensport en judo.