Nieuws

Grens

In de beginperiode van de televisie spraken verslaggevers tijdens interviews sporters met meneer en mevrouw aan. Tijden veranderen. Na de overwinning van Max Verstappen op Zandvoort maakten de presentator en analisten van Ziggo Sport voor de camera een gezamenlijk vreugdedansje, werd de champagne ontkurkt en biggelden bij minstens twee van hen de tranen over de wangen.

Hans Klippus

Ik zeg niet dat dat niet kan of mag. Zoals gezegd, tijden veranderen. Het was ook helemaal niet nieuw wat we vanaf het circuit van Zandvoort zagen en hoorden. Hoe lang is het inmiddels alweer geleden dat Jack van Gelder na een gewonnen halve finale bij een WK voetbal Wesley Sneijder op schoot nam?

Er zijn volgens mij geen regels voor hoe een mediavertegenwoordiger zich bij een sportwedstrijd ten opzichte van de sporters dient te gedragen. In mijn tijd als krantenjournalist was me wel duidelijk dat ik niet te amicaal moest zijn met de mensen waarover ik schreef (wat mij ook niet altijd lukte), maar ik kreeg het nooit via een soort reglement opgelegd.

Zullen er tegenwoordig nog hoofdredacties en chefs zijn die hun mensen op de vingers tikken als ze zich als halve (of hele) supporters opstellen? Het zou zelfs kunnen dat het juist als gunstig wordt ervaren voor de kijk- en rapportcijfers als een verslaggever of analist bevriend is (of bevriend denkt te zijn…) of heel goed kan opschieten met de hoofdrolspelers op het speelveld, én daar heel graag en vaak voor wil uitkomen. Dat de grens van waar het laatste beetje objectiviteit ophoudt dan uit het oog wordt verloren, doet er dan blijkbaar niet meer toe.

De Formule 1-commentator van Ziggo hield zich zondag meteen na de botsing tussen Hamilton en Verstappen in Monza op de vlakte over de schuldvraag, op dat moment best begrijpelijk, maar hij vergat zich wel af te vragen waarom Verstappen na het uitstappen niet even bij Hamilton had geïnformeerd hoe het met hem ging omdat hij met zijn auto bovenop hem was geland.

Na de race moest in de studio een radio-dj, te gast bij de experts aan tafel, voor de nuance zorgen. Hij zei de manoeuvre van Verstappen ‘tricky’ te hebben gevonden. Nee, nee, reageerden de analisten, twee coureurs, dat had deze niet-deskundige helemaal verkeerd gezien. Max - Verstappen dus - viel niets te verwijten. Een uur later werd Verstappen toch als de schuldige van de crash aangewezen, maar ja, dat komt natuurlijk omdat de stewards, die die beslissing hebben genomen, incapabele idioten zijn.

Ik vind de overvloed aan klefheid en ‘ons-kent-ons’ op tv soms tenenkrommend. Dat heeft er waarschijnlijk mee te maken dat ik van de oude stempel ben, een liefhebber van een verslaggever als Theo Reitsma: deskundig én afstandelijk. Het was ondenkbaar dat hij het een hele voetbalwedstrijd over ‘Matthijs’ en ‘Frenkie’ zou hebben gehad in plaats van De Ligt en De Jong. Het wil niet zeggen dat Theo op z’n tijd niet enthousiast kon zijn over een goede (Nederlandse) prestatie. Getuige zijn: ‘Dit is een goed stel, hoor’ (EK voetbal 1988), een van de legendarische zinnen uit de geschiedenis van onze sportjournalistiek.

HANS KLIPPUS