IN DE SPO(®)TLIGHT

Govert van Brakel schrijft biografie over eerste sportverslaggever op radio

‘Han Hollander kon met mooie praatjes het publiek binden’

Han Hollander (1886-1943) was in 1928 de eerste sportverslaggever op de radio in Nederland. Govert van Brakel (74), onder meer oud-verslaggever en presentator van Langs de Lijn, Met het Oog op Morgen en het Radio 1 Journaal verdiepte zich in het leven van Hollander dat bruut eindigde in het vernietigingskamp van Sobibór. De biografie verschijnt in 2024 bij uitgeverij Balans.

Govert, kun je Han Hollander in het kort schetsen?

‘Voor wie Theo Koomen heeft gekend, Han Hollander was met zijn enthousiasme de eerste Theo Koomen.  Hij werd razend populair met zijn reportages van de voetbalinterlands tussen Holland en België, zoals toen werd gezegd, nee, hij sprak niet over Nederland. Han Hollander was een handige prater, afkomstig uit een familie van marktkooplieden in Deventer waar hij met zijn broer Karel betrokken was bij de oprichting van Go Ahead. Hij wist door zijn afkomst hoe je met mooie praatjes publiek aan je kon binden.‘

Govert van Brakel (foto: Henk van Tilburg)

Hoe werd hij radioverslaggever?

‘Zijn naam werd niet genoemd. Hij werd op de radio gepresenteerd als ooggetuige. Willem Vogt, de baas van de Avro, had hem ontdekt bij De Telegraaf waar Han Hollander als sportverslaggever werkte. Han Hollander heeft toen voor zichzelf het wiel uitgevonden door veel te luisteren naar de BBC waar ze nog maar net waren begonnen met sportreportages.’

Deed hij ook verslag van andere sporten, ook van de Olympische Spelen in 1928 in Amsterdam?

Han Hollander (rechts) bij een interland in 1930, links Avro-directeur Willem Vogt. (Foto: Nationaal Archief /KNVB)

‘Hij was verslaggever bij alle sporten die in die jaren populair waren, naast voetbal vooral veel atletiek en wielrennen. Van de Olympische Spelen in 1928 werd alleen via omwegen verslag gedaan. Voor rechtstreekse reportages hield het IOC de radio buiten de deur. Dat gebeurde op verzoek van de schrijvende pers die de radio als concurrent beschouwde. Omdat sportjournalisten toen veel invloed hadden binnen het IOC, konden ze nog zo’n verbod afdwingen. Pas in 1936, in Berlijn, mocht Han Hollander radioreportages van de Olympische Spelen verzorgen.’

Heb je zijn reportages terug kunnen luisteren, wat valt dan op?

‘Gelukkig is in Beeld & Geluid veel bewaard gebleven, hele rijen banden zijn inmiddels gedigitaliseerd. Het valt op dat hij heel erg aan identificatie-verslaggeving deed, hij ging echt mee met wat de luisteraars zouden kunnen aanvoelen als ze in het stadion hadden gezeten. Het is heel veel ‘we’, maar aan de andere kant gaf Han Hollander ook ronduit toe wanneer de Belgen de overwinning verdienden.’

Levert het boek ook een tijdsbeeld op? 

‘Zeker, Han Hollander groeide op in een tijd waarin hij als joodse jongen vanuit een ongelooflijk dal van armoede op kon klimmen vooral door de industrialisatie die toen gestalte kreeg.  Daarom kon hij een stapje hogerop komen dan alleen maar achter een handkar te moeten lopen.’