Mediabeperkingen in de eredivisie in verband met corona

De NSP heeft vorige week overleg gehad met de clubvoorlichters over de werkomstandigheden in de eredivisie in coronatijden. Gezien de beperkte ruimtes in stadions, de persruimtes, de perstribunes, de Mixed Zones en voor fotografen langs de boarding zal komend seizoen - zolang vaccin noch medicijn beschikbaar is - een uitdaging voor ons allen worden.

Zeker rond topwedstrijden en interlands zijn er meer eskimo’s dan vissen, en dus moeten er pijnlijke keuzes worden gemaakt. Door de clubs, door de KNVB en (soms na overleg) door de NSP. Lang niet altijd is er - buiten de rechtenhouders natuurlijk - voor iedereen plaats.

Vooral het werken in de Mixed Zones zal lastig zijn en clubs hebben ons medegedeeld dat het principe van een verslaggever per medium zal worden gehanteerd, of het nou een verslaggever is of een columnist, analist of camjo. En voor de laatste categorie moet nog blijken hoe en op welke wijze in een Mixed Zone kan worden gewerkt, áls er al kan worden gewerkt gezien de beperkingen.

Bij het overleg waren de mediamanagers van AZ, RKC, sc Heerenveen, VVV, PEC, FC Groningen, FC Twente, Heracles, FC Utrecht, FC Emmen, Vitesse, Willem II alsmede toehoorders van ECV en KKD aanwezig. Met de clubs uit de Keuken Kampioen Divisie wordt nog gezocht naar een datum voor een bijeenkomst. PSV, Ajax, Feyenoord, ADO, Fortuna en Sparta waren door omstandigheden verhinderd. PSV, Ajax en Feyenoord bespreken hun richtloijnen voor de media deze week.

De NSP merkte aan het begin van de bijeenkomst op dat de KNVB iets te stellig is geweest met de bewering in het protocol Veilige Opstart dat ,,het aantal mediavertegenwoordigers dat aanwezig kan zijn bij wedstrijden (in principe) in deze fase niet gelimiteerd is en valt binnen de ingecalculeerde veilige capaciteit. De exacte aantallen en indeling van stoelen worden per (lokale) situatie ingeschat en bepaald."

De aanwezige clubs gaven aan dat er zeker beperkingen zullen zijn qua aantallen journalisten/fotografen in de persruimte/op de perstribune/langs het veld, uiteraard verschillend per club en stadion.

De aanwezige clubs maakten zonder uitzondering duidelijk dat voorrang wordt gegeven aan de vaste volgers, de journalisten en fotografen die het hele jaar door bij de club aanwezig zijn. Daarnaast zullen zij ruimte scheppen voor de belangrijkste media, echter slechts één collega per medium, teneinde een zo breed mogelijk mediaspectrum van dienst te kunnen zijn. Andere criteria van de clubs zijn o.a. bereik en het maken van eigen content.

De NSP heeft de clubs verzocht in elk geval enige ruimte te scheppen voor media die buiten de boot dreigen te vallen en pleit voor een rouleringssysteem, waarbij de kans op aanwezigheid bij een of meerdere (top)duels in elk geval blijft bestaan en ook die media - zij het misschien minder frequent - bediend kunnen worden. De clubs nemen dat in overweging.

Voor media die buiten de boot vallen, kijken de clubs naar eventueel alternatieve mogelijkheden, zoals het bijwonen van duels in de perszaal (indien ruimte beschikbaar), zodat het bezoeken van de persconferentie c.q. bezoek aan de Mixed Zone tot de mogelijkheden behoort. Ook kijken clubs naar mogelijkheden om eventueel enkele niet toegelaten media te bedienen met een vraaggesprekje (via Zoom of telefoon) met een aangevraagde speler. Ook wordt gekeken of bijvoorbeeld voor het speelweekend wat meer ruimte kan worden gemaakt voor interviews o.i.d. De persvoorlichters van de clubs zeggen toe hun creativiteit daarop los te laten. De intentie van de clubs is om meer mogelijkheden te bieden buiten de wedstrijden om.

Door de 1,5 metermaatregel is de ruimte op de perstribune zeer beperkt, in veel gevallen tot hooguit 15-20 plaatsen, maar FC Emmen beschikt over slechts vijf desks met schrijftafel en verdere een aantal plaatsen zonder desk. Dat vraagt om creatieve oplossingen.

Clubs zijn nog bezig met de vraag hoe de rechtenhouders meteen na de wedstrijd het best kunnen worden bediend en óf en hoe de Mixed Zone kan worden ingericht. Dat is in elk stadion anders en vraagt maatwerk, ook al omdat de looproutes tussen perstribune/persruimte en MZ overal anders zijn.

NSP en clubs zijn het er over eens dat bij alle wedstrijden minimaal acht fotografen hun werk moeten kunnen doen. De NSP heeft er bij de clubs op aangedrongen absolute voorrang te geven aan fotografen voor wie (sport)fotografie de enige bron van inkomsten is en die als fulltime fotograaf gedurende de lockdown en verdere maatregelen niet of nauwelijks een inkomen hebben gehad. Dat wil niet zeggen dat andere NSP-fotografen niet welkom zijn, wel dat professionals voorrang dienen te krijgen.

In elk geval wordt gestreefd naar de accreditatie van de fotopersbureaus met een groot bereik en grote afnemers in de media, zoals ANP/HH, Orange Pictures, ProShots en Soccrates. Daarnaast staan ook de erkende fulltime fotografen van kranten op de voorkeurslijst. Bij de accreditatie geldt ook: 1 fotograaf per medium.

Tot slot: ook de genoemde fotopersbureaus hebben dit beleid onderschreven en zullen zich inspannen om zo veel mogelijk professionals te accrediteren.

GERARD DEN ELT

Algemeen secretaris NSP