Nieuws

Wat is oelewapper in het Frans?

Getafe is een goede reden om een hekel aan voetbal te krijgen, twitterde ik vorige week. In 35 jaar heb ik me nog nooit zo vreselijk gestoord aan een elftal. Natuurlijk waren er mensen die vonden dat alles geoorloofd is om te winnen. En dat Ajax het allemaal toeliet. En dat Ryan Babel zich nooit zo had moeten verlagen door die imitatie van een stervende zwaan te doen.

Maar de moraal van het verhaal voor mij is dat misleiding en bedrog tegenwoordig zo gewoon wordt gevonden. Vroeger was voetbal een soort rugby. Het kon hard zijn, keihard zelfs (kijk Nederland-Brazilië in 1974 en Nederland-Argentinië in 1978 maar eens terug) – van matennaaierij was in elk geval geen sprake.    

Op het internet kun je filmpjes vinden van Deyverson, de spits van Getafe. Iemand gooit dan een bal ruim langs zijn hoofd naar een ander en dan zie je de Braziliaan gillend als een speenvarken ter aarde storten. En zoiets noem je dan ‘winnaarsmentaliteit’…

Getafe - Ajax (Foto: Hollandse Hoogte/ Maurice van Steen)

In zijn AD-column schreef Willem van Hanegem dat Ajax niet zo moest zeuren. Iemand had die Deyverson gewoon een ‘kolereschop’ moeten verkopen. Zoals ze dat vroeger deden. Johan Neeskens en Rinus Israël lieten nooit met zich sollen, hoor je dan. Van Hanegem vergeet alleen één ding: in zijn tijd zag niemand wat er allemaal gebeurde. Als de scheidsrechter even niet keek, kon je een tegenstander knock-out slaan zonder dat daar een rode kaart tegenover stond. Tegenwoordig wordt elk gebaar haarfijn door tv-camera’s geregistreerd.

Vaak wordt er door analisten en columnisten wat lacherig gedaan als Marco van Basten gepassioneerd begint over spelregels en zijn streven naar zuiverheid. Sommigen vinden hem naïef. Maar in dit geval had hij natuurlijk een punt toen hij als enige in de nabeschouwingen de scheidsrechter van dienst door de mangel haalde.

Ruddy Buquet kreeg van hem drie fijne, oer-Hollandse kwalificaties mee: oelewapper, jodokus, koekenbakker. De falende Fransman vestigde een nieuw Europees record door uit te komen op 42 minuten en 36 seconden effectieve speeltijd. De rest ging op aan tijdrekken, discussies met opgefokte spelers en getalm bij spelhervattingen.

Ik bezocht Van Basten een keer in Zürich toen hij nog als hervormer werkte voor de FIFA. Vanuit zijn kantoor kon hij de scheidsrechtersbaas zien zitten. Deze afdeling viel ook onder de Nederlander, die grote plannen ontvouwde. Met zes A-viertjes vol aantekeningen vloog ik die avond terug.

Wat dat betreft is het jammer dat hij niet is geslaagd in zijn missie. Of het voetbal al klaar is voor zoiets als zuivere speeltijd, weet ik eerlijk gezegd niet. De invoering van de VAR verloopt in die oerconservatieve wereld ook niet bepaald vlotjes. Los daarvan mag er van scheidsrechters meer verwacht worden, juist omdat alles zichtbaar is geworden.

Degene die vorige week in Spanje het verschil tussen goed en kwaad had kunnen maken, was Buquet. Je mag toch verwachten van de FIFA dat scheidsrechters tot in de puntjes op de hoogte zijn van notoire spelvervuilers zoals Getafe. Dan geef je in de wedstrijd direct grenzen aan en laat je het niet toe dat Deyverson na zijn doelpunt net doet alsof hij door een kogel in zijn zij getroffen is en halverwege ook nog eens provocerend gaat juichen bij de Ajax-aanhang.

Keer op keer trapte Buquet in de val die theatraal rollende spelers voor hem uitklapten, terwijl de video-assistenten hem keurig op de hoogte hadden kunnen houden van dit wangedrag. In de tweede helft stond de coach van Getafe pal voor zijn neus driftig om een rode kaart te vragen. In plaats van die matennaaierij te bestraffen, ging hij heel begripvol het gesprek aan. Was er niet ooit gekozen voor een lik-op-stukbeleid?

Yoeri van den Busken

Twee gele kaarten gaf Buquet slechts aan Getafe; een farce. Ik ben er nog steeds niet uit wat ik die avond verbazingwekkender vond: het armetierige verweer van Ajax of de scheidsrechter die het vuile voetbal liet zegevieren.

Wat is oelewapper trouwens in het Frans?

YOERI VAN DEN BUSKEN