IN DE SPO(®)TLIGHT

Thijs Smeenk, sportjournalist en actief voor homo-acceptatie

‘Blijven pushen voor méér openheid homo’s’


In een open brief vroeg een homoseksuele Engelse voetballer in de Premier League afgelopen weekeinde in de Engelse media anoniem aandacht voor homo’s in het topvoetbal. Zijn actie maakte veel indruk, ook bij ANP-sportjournalist Thijs Smeenk (37). Hij zet zich al jarenlang in voor de acceptatie van homo’s en wordt  in die rol nu zelf regelmatig geïnterviewd.

Hoe is dat Thijs, zelf geïnterviewd te worden?

,,Het gebeurt steeds vaker, deze week in Trouw, op NPO Radio 1 in de Nieuws BV. Ik word er  bedreven in, merk ik. Het is  ook een belangrijk thema.”

Breng je dat ook over bij collega-journalisten?

,,Toen ik er zelf over begon bij andere journalisten, vroegen de meesten zich af waar ik me druk over maakte. In het topvoetbal liepen toch maar heel weinig homo’s rond, misschien wel in andere sporten, dát was het stereotiepe vooroordeel. Ik voelde me een roepende in de woestijn. Dat is in de loop der jaren wel veranderd. Maar het klimaat is nog altijd gewoon niet goed. Dat zie je nu weer aan die brief van die Engelse voetballer. Daaruit komt toch vooral naar voren dar er echt een radicale verandering moet komen. Het kan toch niet zijn dat er geen enkele topvoetballer als homo naar buiten durft te komen, die dat niet eens kan  delen met zijn teamgenoten.”

Thijs Smeenk actief bij een workshop over homo-acceptatie als pleitbezorger namens de John Blankenstein Foundation.

Hoe zijn jouw eigen ervaringen?

,,Ik was zelf pas twee jaar eerder ook op mijn werk uit de kast gekomen toen ik op het EK 2008 bij Nederland – Italië in Bern was. Daar zat het hele stadion vol met Nederlanders die zich massaal op de spits van Italië gingen uitleven. ‘Luca Toni is homo’ zongen ze in koor. Niemand om me heen vond dat raar. Ik kon er wel tegen, mij raken ze niet zo gauw, maar ik keek daar wel van op.  Ik denk niet dat zulke spreekkoren nog zo massaal kunnen voorkomen.”

Heeft je homo-zijn invloed op je werk gehad?

,,Niet rechtstreeks. In mijn werk heeft het me nooit echt gehinderd. Ik heb stages gelopen bij Spits en De Telegraaf. Nadat ik een jaar als freelancer voor Spits en De Telegraaf had gewerkt ben ik in 2006 in het ANP in dienst gekomen. Aanvankelijk schreef ik over voetbal. Toen ik uit de kast was gekomen, heb ik aan mijn chef, Alexander van Eenennaam,  voorgesteld om ander werk te gaan doen. Ik dacht dat ik me niet thuis zou voelen binnen de machowereld van het voetbal. Maar Alex zei, ik denk dat het probleem minder groot is dan jij denkt. Ik ben toch nog eerst andere sporten gaan volgen, waar het minder een thema is, maar na enkele jaren ben ik toch volledig voetbal gaan doen. Zonder problemen.” 

Zie jij een kentering?

,,Ik ben zelf coach van een jeugdelftal met jongens van 16 à 17 jaar. Ook bij hen is homo het meest gebruikte scheldwoord, altijd met een negatieve lading. Ze worden er wel voorzichtiger in. Ze kennen mijn verhaal en zijn heel blij dat ik er open over ben. Ik zie nu dat het besef komt, dat ze beter op hun woorden letten. Deze generatie groeit op in een andere wereld. Voor hen is het gewoon aan  het worden, ze kennen allemaal wel homo’s of lesbo’s uit hun eigen omgeving.”

Je zet je ook in voor de John Blankenstein Foundation.

,,Ja, dat doe ik nu een jaar of vier, vijf. We geven veel workshops bij clubs en bonden voor spelers, trainers en begeleiders. Voor een groot deel doen we dat bij profclubs, vooral in de jeugdopleidingen. Bij AZ reageerden trainers nogal negatief door te zeggen dat het toch om winnen gaat. Wij hebben er toen nadrukkelijk op gewezen dat spelers volledig vrij in hun hoofd moeten zijn om optimaal te kunnen presteren. Zo belangrijk is het daarom dat spelers  voor hun geaardheid kunnen uitkomen.”

Ben jij in de loop der jaren activistischer geworden?

,,Dat zeker, want ik ben ervan overtuigd dat er op dit punt nog veel verborgen leed zit. Mensen die zich niet kunnen of willen laten zien. Dat kunnen we alleen doorbreken door iedereen ervan te overtuigen hoe gewoon het is dat er homo’s bestaan, ook binnen je eigen elftal, ook in een vol stadion.”

Ook optimistischer geworden?

,,Dat ook, ik krijg nog wel eens te horen dat ik naïef ben, maar ik zie de oplossing steeds dichter bij komen. Door te blijven pushen kan het niet uitblijven dat er meer ruimte ontstaat voor homo’s, meer openheid, zodat ze  ook in het topvoetbal geaccepteerd worden.”

HENK MEES