SCHOT VOOR DE BOEG

Stay in your room

We hebben geen enkelband gekregen. Dat is de meevaller schertsen we, als we in de lobby van ons hotel, Best Western Nishikasai in Edogawa-ku, zitten te schetsen hoe streng beveiligd deze Olympische Spelen van Tokio wel niet zijn.

Het is, na alle voorzorgsmaatregelen bij vertrek en na aankomst op Narita, drie dagen op je kamer blijven. Isolatie, zelftesten, oppassen met contacten. Stay in your room, sprak mevrouw Shuto van de Japanse organisatie me deze morgen nog eens streng toe.

John Volkers

Ik vroeg haar waar ik mijn speekseltest kon bezorgen. Werd het volgespuugde buisje, ook wel buisje vol spuug, opgehaald bij de receptie? Want het nummer dat ik de avond tevoren belde, voor achten bellen want anders moet je op rapport, werd nooit opgenomen. Tuut-tuut-tuut. Hetzelfde geluid als dat van de helpdesk in de weken voor het vertrek naar Tokio. Bel ons. Maar we nemen niet op. Mail ons, maar we geven je na een week antwoord.

Die muur van kauwgom dienden we te slechten en met mij de duizenden journalisten die naar Tokio wensten te gaan en in een woud van apps, documenten en testresultaten terecht kwamen. Het was slingeren van liaan naar liaan en het zou goed komen. Te begrijpen hoor, daar niet van, maar mijn hemel, wat een onderneming voor de reporter die normaliter zijn gegevens op orde heeft en door een organisatie wordt toegelaten, tenzij hij in het verleden misdadig gedrag heeft vertoond of drugs heeft gesmokkeld.

Het is achter de rug, we zijn binnengelaten door behulpzame ‘reddingsdiensten’ en nu moeten we wennen aan de Big Brother-situatie die de Japanners hebben gecreëerd om het besmettingsrisico van buitenlands bezoek te dempen. Japan verkeert tot 22 augustus in een noodtoestand. Wij mogen nu, dag 1, 2 en 3, een kwartier naar buiten, naar de kleine supermarkt, om een broodje en een flesje water te scoren. In de avond is het restaurant gesloten. We moeten de Japanse Thuisbezorgd.nl nog ontdekken.

Als we de lobby verlaten, voor een kwartier boodschappen doen, noteren we bij de bewaker onze vertrektijd. Daarna, na terugkeer, onze aankomsttijd. De Indiase veteraan Sukumar (‘three olympic books, sir’) kwam duidelijk met tijdsoverschrijding binnen. De bewaker knikte vriendelijk voor de gedistingeerde heer en liet hem de lift ingaan.

We zitten in de lobby, die vrijheid nemen we maar even, en kouten met de Belgische collega Joeri de Knop en de Russische journaliste Veronika Gibadieva. Zij zeggen dat je brutaal moet zijn. Dat je die driedagenregel aan de laars moet lappen. Zij hadden geen goedgekeurd Acitivity Plan en geen werkende Ocha (een immigratie app), maar zijn binnengelaten en nemen voor mijn neus de bus naar het MPC, het Main Press Center. Het lijkt dat het geoorloofd is. De jonge vrouw met het gele hesje (Tokyo 2020) begeleidt ze de hoek om, waar de bus zal stoppen.

Dat is dan weer het voordeel van deze organisatie. Ze nemen je bij de hand. In Rio mocht je dat zelf uitzoeken. Als de bus dan niet kwam, we zaten aan de Avenida Atlantico in Copacabana, dan had je pech gehad. Goed voor een uur vertraging. Hier is een Japanse die de telefoon pakt en haar buitenlandse bezoekers begeleidt. Een jonge collega van de NRC (‘zal ik het erop wagen?’) concludeert: ‘We komen er wel doorheen.’

Dat appt hij, nadat ik kort heb verhaald van Seoul 1988. Daar kreeg ik bij het zeilen in Busan wegens Noord-Koreaanse dreiging een geheim agent mee. Die sliep op een stoel voor mijn hoteldeur. Volgde negen dagen lang al mijn gangen. Zei nooit iets, maar liet niet los. In dat vergelijk is Tokio 2020 (in 2021) een ontspannen karwei.

JOHN VOLKERS 
Vice-voorzitter NSP