SCHOT VOOR DE BOEG

In de Gangneung Oval

Daar waren ze, de routiniers. In de catacomben van de Gangneung Oval, de olympische kunstijsbaan waar afgelopen weekeinde de WK afstanden werden geschaatst, troffen wij Peter Charles, de fotochef van Sotsji 2014, Richard Palfreymour, de persman van Londen 2012 en Romelu da Silva, hoofd van de persdienst in het olympische zwembad van Rio 2016.

Zij kwamen kijken, aantekeningen maken, voorzichtig snuffelen of de Koreanen hun zaakjes aardig voor elkaar hebben voor het volgende jaar, als de stad, met zijn 200duizend inwoners, en het bergdorp, met zijn 5duizend dorpelingen, overlopen zullen worden door het olympische sportvolk en hun trouwe volgers, de media. Gangneung en Pyeongchang zullen heel wat te verduren krijgen, dat is zeker.

Met het aantrekken van buitenlandse kennis heeft POCOG, het plaatselijke organisatiecomité, een belangrijke stap gezet. Vorige week werd aan de Nederlandse pers, bij een rondleiding door olympische kantoren en stadions, nog verteld dat de mediaorganisatie vooral zal leunen op mensen uit eigen land.

Daarna kwam de chef communicatie ons vertellen hoe het precies zat. Hij had evenwel één probleem. De man, een van de vele Lee’s of Kimmen, sprak geen Engels. Zoals wij trouwens geen Koreaans beheersen.

De allerhoogsten in het management hebben die vaardigheid overigens wel, merkten we aan een matineus gesprek met vicepresident Jaeyoul Kim. Hij gaf aan dat Pyeongchang 2018 voor 96 procent zijn ‘hardware’ klaar heeft. Over de software wordt beschikt.

Romelu, de vriendelijke reus uit Brazilië die zijn ‘eigen’ Spelen knap overleefde, zei me dat hij nog maar net door de Koreanen was ingehuurd. Hij trof nog een Braziliaanse collega bij de fotodienst. Die manager, Ivo, runde de fotozaken op de Oval, waar de Nederlandse schaatsers volgend jaar de dienst zullen uitmaken. Hij had de zeer goed verlichte hal ingedeeld volgens het fotoplan van supervisor Peter Charles die dat stukje werk al eens had uitgeprobeerd in de Adler Arena van Sotsji, in 2014.

Charles, een Australiër met een stem als een verroeste rasp, werd daar geadviseerd door een Nederlandse routinier, ‘onze’ Jerry Lampen, de schaatsroutinier van ANP en voorheen Reuters. Een andere Nederlandse routinier in de perszaal van de Oval was NSP-directeur Marina Witte. Zij maakt deel uit van de AIPS-schaatscommissie die overigens na 2018 zal worden opgeheven. Volgens directeur Witte zijn er te weinig landen die serieus werk maken van schaatsverslaggeving. Ze zou buiten Nederlanders niet weten wie er eigenlijk met de ISU dan wel het IOC zou moeten overleggen.

Volgend jaar februari zal het nog een keer stormen in de omgeving van de schaatshal. Dan komen vele landen met uiterst serieuze bedoelingen naar de ijshal van Gangneung. De Amerikanen zullen er zijn, als er succes is. De Koreanen zullen in groten getale komen. De Japanners volgen massaal het steeds succesvollere team van coach Johan de Wit. Russen zijn er altijd, Duitsers ook. De Nederlanders maakten altijd het overgrote deel uit van het mediapeloton. Dat begint langzaam wat af te dooien.

In Gangneung waren we één jaar voor de Spelen met 14 NOS’ers (tv en radio), RTL, het ANP, het AD, de Leeuwarder Courant, NuSport, De Telegraaf, Dagblad Trouw, schaatsen.nl, de Volkskrant en de fotografen Jerry Lampen, Soenar Chamid en Erik Pasman.

Het zal volgend jaar drukker zijn, ook van Nederlandse zijde. Voorlopig heeft het Internationaal Olympisch Comité de Nederlandse pers 10 fotoperskaarten (Ep), 2 technische kaarten en 21 perskaarten (E) toegewezen. De NOS komt met een meervoud van de huidige afvaardiging.

De huidige perszaal is te klein en wordt vervangen door een forse tent, met een capaciteit van 250 plaatsen. Hopelijk hoeven we dan niet veertien dagen op een te lage klapstoel plaats te nemen. De perstribune in de Oval krijgt een 9, net als de catering. Sinds de WK afstanden weten we: het wordt laat en noodles gaan ons door de nacht slepen.    

John Volkers

Bestuurslid NSP