Nieuws

Pirlo is de lul

Het is gelukt. Voor het eerst sinds het uitbreken van de coronacrisis heb ik een hele wedstrijd op tv gekeken. En ik had er niet eens erg in dat er geen publiek zat bij Barcelona-Napoli. Het niveau was kennelijk hoog genoeg om geboeid te blijven zitten. Hoewel het eerlijkheidshalve ook een beetje door Frenkie de Jong kwam. 

Maar er gebeurde die dag nog iets waardoor ik eindelijk weer eens vol met mijn neus in het voetbal zat. Juventus ontsloeg Maurizio Sarri na de uitschakeling in de Champions League – de negende landstitel op rij ten spijt. Als zijn collega van Barcelona de volgende dag eveneens had verloren, zou hem hetzelfde lot beschoren zijn, vermoed ik. Het stuitende opportunisme in het voetbal is een onuitroeibaar fenomeen. Sarri, die nog een tweejarig contract had, krijgt een oprotpremie van elf miljoen euro mee. En hup, doorschakelen naar de volgende…

Nou hoeven we met die trainers van vandaag geen medelijden te hebben. Met zulke vergoedingen zingen zij het wel uit tot hun pensioen. Maar de waanzin heeft groteske vormen aangenomen. Van de normalisering waar sommigen op hoopten in de huidige tijd is geenszins sprake. Transferbedragen lopen nog steeds op en nergens doen ze zo hartstochtelijk aan kapitaalvernietiging. Nergens worden oud-spelers zonder vlieguren op het organisatorische en financiële vlak zo makkelijk technisch directeur of hoofdtrainer. En vervolgens beginnen zij ook weer kwistig met geld te strooien, totdat ze zelf buiten staan en de club het weer allemaal anders gaat doen.   

In die gekte vond ik Andrea Pirlo juist een mooi figuur. Een parel van een spelbepaler, dat ten eerste. Deed niets op snelheid, maar alles op inzicht en (trap)techniek. Werd gewoon wereldkampioen en winnaar van de Champions League (twee keer). Daarnaast is er die cultachtige uitstraling. Altijd hetzelfde kapsel en de onverstoorbare blik in zijn ogen. Niets leek hem te kunnen raken. Strafschoppen onder de grootste druk deed hij vaak stiftend als Panenka af. De commercials en andere droogkomische filmpjes op YouTube onder de noemer Pirlo Is Not Impressed werden een hit. The coolest footballer ever wordt hij ook wel genoemd. Eric Cantona is er niks bij.

Maar deze Andrea Pirlo volgt nu dus Sarri op bij Juventus. Ik weet, zoiets gebeurt wel vaker. Soms lukt het en soms ook niet. Vooropgesteld: ik gun Pirlo een geweldige carrière. Langs de lijn zal hij sowieso een verademing zijn tussen de stuiterende malloten. Maar de move die hij vorige week maakte stelde me ook een beetje teleur. Aanvankelijk werd hij in Turijn aangesteld als trainer van de grootste talenten. ‘Dit is de juiste stap’, zei hij erbij. Verstandige jongen, dacht ik. Hij wil eerst zien of het hem ligt.

Nog geen week later schoof hij een positie door. Grappig detail: zelfs de Italiaanse media die op zo’n moment steevast met de goede namen komen, hadden het nakijken. Dan denk ik: wat is er nog over van die ‘juiste stap’? En die jonge spelers dan, die het beste rolmodel dachten te krijgen? Wat is er in een paar dagen gebeurd? Heeft voorzitter Andrea Agnelli hem bespeeld met geparfumeerde zinnetjes over ‘legende’ en ‘voorbestemd’? Heeft de invloedrijke oud-speler Pavel Nedved hem verleid door te zweren dat hij beter wordt dan Zinedine Zidane? Waar zat de zwakke plek van the coolest footballer ever? Toch niet in zijn portemonnee, of zijn eergevoel?  

Van Maestro tot Mister stond er met blokletters in het persbericht. Ik hoop dat Pirlo genoten heeft van die collectieve aanbidding. Mooier dan die eerste dag wordt het namelijk niet. Vanaf nu weten we dat er een dag komt dat ook Andrea Pirlo, net als Clarence Seedorf en al die anderen, schaamteloos de zak krijgt. Want met alleen titels in eigen land blijf je bij Juventus niet overeind.

Of, zoals zijn beste vriend en Napoli-trainer Gennaro Gattuso het stelde: ‘Hij is de lul nu.’

YOERI VAN DEN BUSKEN