SCHOT VOOR DE BOEG

Verrek, zie ik nou een zwaluw vliegen?

Het was alsof de natuur het al voelde aankomen: de uithaal van het Nederlandse elftal. 27,3 graden werd zaterdagmiddag genoteerd in het Gelderse buurtschap Hupsel, niet eerder was het zo warm medio oktober.

De terrassen puilden dan ook uit, de barbecues rookten, T-shirts, korte broeken en rokjes domineerden het straatbeeld en verkoeling werd zelfs in de plassen gezocht. Het maakte dat 52.500 voetbalfans zich in zonnige stemming begaven naar de Johan Cruijff Arena voor de interland Nederland-Duitsland, het affiche in de Nations League dat voor een uitverkocht huis had gezorgd.

De gloed hield die avond aan, negentig minuten lang. Wat heet. Nederland versloeg de aartsrivaal, met 3-0 maar liefst. Het was de grootste zege op de Oosterburen in de geschiedenis. En dus werd er gerept over een historische prestatie.

De misère van de afgelopen vier jaar, de treurnisperiode waarin het Nederlandse voetbal naar een bedenkelijk niveau afgleed, was vergeten – kennelijk. Of beter gezegd: díe pijn werd verdrongen. Van afgeschminkte bondscoaches tot zwalkende elftallen en gemiste eindtoernooien; niemand wilde er nog van weten. Want het missen van het EK van 2016 én het WK van 2018 is een oude wond die niet mocht worden opengereten.

De jubel overheerste zodoende, gesymboliseerd door Tom Egbers. De NOS-anchorman toonde zich na afloop lyrisch aan de rand van de Amsterdamse grasmat, een uiting die naadloos paste bij de uitzinnige menigte op de tribunes.

Hoon en spot maakten dus plaats voor verwachting en loftuitingen, illustratief voor de waan van de dag. Omdat vreugde nu eenmaal een geliefder brandstof is dan verdriet.

Natuurlijk werden er kanttekeningen geplaatst. En menig sportcollega verloor de realiteit geenszins uit het oog. Maar toch: om nu al van een wederopstanding te spreken, zoals óók werd gedaan, lijkt te vroeg.

Een verlossing was de overwinning zeker, maar dan louter als balsem voor de gebutste ziel van een voetbalnatie. Want na twee gemiste kampioenschappen op rij had het Oranjelegioen behoefte aan houvast. Al hebben die aanknopingspunten ook een weerbarstige kant, bewees het verleden.

Immers: werd de Europese titel in 1988 niet veroverd na een periode van droogte waarin drie eindronden waren misgelopen? En was de val niet diep, na nota bene twee podiumklasseringen bij het WK: tweede in 2010, derde in 2014? Ik bedoel maar: hoog- en laagconjunctuur liggen in elkaars verlengde, in willekeurige volgorde.

Niettemin: zaterdag 13 oktober ging de boeken in als een zomerse dag in de herfst, in letterlijke en figuurlijke zin. Verrek, zie ik daar nou een zwaluw vliegen?

MARCO KNIPPEN
penningmeester NSP