IN DE SPO(®)TLIGHT

Edward Jorna, chef sportredactie Friesch Dagblad

Het ‘eigen geluid’ van het Friesch Dagblad

 

Voor het Friesch Dagblad is de laatste fase als enige zelfstandige regionale krant in Nederland ingetreden. Het wachten is nog op goedkeuring van de overname door het Belgische concern Mediahuis. Volgens Edward Jorna, chef van de vierkoppige sportredactie, mogen de 10.000 abonnees blijven rekenen op een eigen geluid in de enige provincie met twee regionale dagbladen.

Wat betekent de overname voor jullie, Edward?

,,Onze krant blijft als zelfstandige krant bestaan. Voor de rest is het afwachten.  Er komt straks wel meer kopij beschikbaar, dezelfde kopij waaruit ook de Leeuwarder Courant kan putten. Om te blijven bestaan moeten we zoveel mogelijk blijven afwijken van wat de LC biedt.”

Hoe doen jullie dat nu?

,,We doen zo veel mogelijk zelf.  We kunnen natuurlijk over het ANP beschikken. In de krant van afgelopen maandag hadden we ongeveer anderhalve pagina ANP, schat ik. De rest van de twaalf sportpagina’s vullen we zelf met onze freelancers.”

Hoe geven jullie daar een eigen invulling aan?

,,We kiezen graag onze eigen invalshoeken, ook bij wedstrijden in het betaald voetbal van sc Heerenveen en Cambuur. Voor de wereldtitel van Anna van der Breggen hebben we het ANP gebruikt, maar tijdens bijvoorbeeld de Tour de France of grote voetbaltoernooien als EK en WK plannen we aparte eigen verhalen en rubrieken. Dan duiken we de historie in of richten ons op een specifiek facet van het wielrennen. Noem het maar handigheid.  Wij kunnen gerust twee weken lang Roland Garros negeren. Want wie interesseert zich voor een Russische tennisser in de halve finale van wie nog niemand heeft gehoord?”

Edward Jorna met zijn jongste zoon Wessel, die fervent fan is van De Graafschap. (Foto: Ernst Slagter).

Legt dat geen erg grote werkdruk op?

,,Die leggen we onszelf op, maar daar valt goed mee om te gaan omdat de twee dagen vrij per week heilig zijn. Het is nooit zo dat je bij ons zeven dagen per week aan moet staan, omdat bijvoorbeeld Heerenveen een nieuwe speler heeft gecontracteerd. Dan kan ook een ander dat overnemen. Daarom hebben we bij ons ook geen vaste pakketten. Iedereen moet alles kunnen oppakken.”

Waar zit het verschil met de Leeuwarder Courant?

,,We werken onder hetzelfde dak, we vissen in dezelfde vijver. De LC kiest vaker voor de grotere Friese sporters met naam, zoals Epke Zonderland of Marit Bouwmeester. Zij kunnen veel meer volgen en zelf bij WK's aanwezig zijn. Heeft uiteraard ook met geld en mankracht te maken. Wij zoeken meer de sporters aan de onderkant op, of geven meer ruimte aan sporten als schaken en dammen. Door onze aanpak moeten stagelopers flink aan het werk bij ons, maar daarmee krijgen ze ook heel veel kansen en hebben al veel van die jongens een mooie plek gevonden.”

Hoe belangrijk zijn typisch Friese sporten als kaatsen, fierljeppen en skûtsjesilen voor jullie?

,,Van het skûtsjesilen wordt door de regioredactie verslag gedaan, bij de Leeuwarder Courant trouwens ook. Kaatsen en fierljeppen volgen we consequent. Het waren, denk ik, de eerste sporten die na de coronapauze weer opgestart werden. Daardoor hebben we die ook niet hoeven te missen in de krant.”

In welke mate komt de protestants-christelijke signatuur nog tot uitdrukking in jullie sportverslaggeving?

,,ik werk nu dertig jaar voor het Friesch Dagblad, ik heb niet meer meegemaakt dat de sport van zondag om principiële redenen niet in de krant kwam, dus ook geen Heerenveen en Cambuur als die op zondag speelden. In onze aanpak en opvattingen past het niet om nodeloos te kwetsen en als een sporter in een interview over zijn geloof begint, gaan we daar wel eens op door. Maar we zitten niet in een keurslijf. We blijven hier graag realistisch. Dat mis ik nog wel eens in de sportjournalistiek. Als Joey Veerman een voor de hand liggende pass met buitenkant voet geeft, wordt dat al gauw als een ‘onmogelijke bal’ bestempeld. De nuance ontbreekt dan vaak. Wij reageren daar met meer nuchterheid op.”

HENK MEES