SCHOT VOOR DE BOEG

Zonder geschiedenis geen topverhaal

Haar carrière was geëindigd, haar uitverkiezing tot sportpersoonlijkheid (lees sportpers-oonlijkheid) van het jaar een feit, maar Femke Heemskerk wenste bij de feestelijke felicitatie aan haar adres toch nog wat stichtelijke woorden aan de Nederlandse sportjournalistiek te moeten richten. Zij vond dat er te weinig oog was in Nederland voor ‘groei’ , voor ‘ontwikkeling’ , voor ‘vordering’.

John Volkers

Altijd maar stil blijven staan bij het verleden, alsof de mens en zeker de sportmens niet verandert. Ze zei het in een videoboodschap. Jos van Kuijeren, eminence grise uit het zwemmers-corps, nam het bij de jaarborrel van de Nederlandse Sport Pers in het Toto-gebouw te Rijswijk voor haar op. Hij hield ons, jonge en oudere verslaggevers, een spiegel voor. Heul niet met oude koeien, laat die in de sloot. Richt je op de tegenwoordige mens. Laat een sportvrouw als Heemskerk geen cliché worden. Van toen en toen ging het met haar mis en nu gaat het gelukkig wat beter.

Van Kuijeren noemde nog even de woorden die de 100-meterkampioen van Europa al zeven jaar achtervolgen: de demonen. Ze zei het bij de WK 2015 in Rusland, de echoput werd nooit meer gedempt. Alsof Heemskerk niet meer zou zijn dan die vrouw in een terneergeslagen bui in een Russisch zwemstadion.

Ik vond het altijd een feest haar te treffen, ze was mijn favoriete zwemster. Ook al omdat ze gebeurtenissen, omstandigheden en resultaten zo goed onder woorden kon brengen. Bovendien had ze haar statistieken op orde. Was 51,87 seconden de snelste 100-split van een Nederlandse ooit? Zij zwom dat in Boedapest, mei 2021. En dan hoefde je niet meer in de boeken te duiken. Als Heemskerk zei dat het klopte, dan was het in orde.

Om al die redenen werd Femke Heemskerk gekozen tot de Sportpersoonlijkheid van een olympisch jaar, in zijn uitvoering zo geplaagd door corona. Zij kwam bovendrijven, was beter dan ooit. In mijn verhaal over haar Europese titel op de 100 meter vrije slag, het koninginnennummer, schreef ik over haar nieuwste en laatste werkelijkheid.

Ja, en ik leidde het in met woorden die een verleden inhielden. Ik diepte ze nog even op uit de databank van de Volkskrant: ‘Tenslotte. Eindelijk. Lang verwacht, nu pas gekregen. Om niet te zeggen: afgedwongen. Die gevoelens drongen zich zaterdagavond op, toen Femke Heemskerk op 33-jarige leeftijd Europees kampioen werd op het belangrijkste zwemnummer dat er bestaat, de 100 meter vrije slag. Nooit eerder won de Nederlandse zwemster op de langebaan een grote medaille. Altijd was het net niet. De wereldtitel kortebaan van 2014, ook op de 100 vrij, in Qatar voor de azen Sjostrom en Kromowidjojo, was haar persoonlijke hoogtepunt.’

Het was de geschiedenis van eerder, van tegenslagen, de net-niet verrichtingen, de verkeerde keuzes in training, die de uiteindelijke topprestatie van Femke Heemskerk juist nu zoveel kleur gaf. Waren die er niet geweest, was er ook een verhaal gekomen. Droger, feitelijker, minder gekleurd, zeker met minder emotie en meer distantie geschreven.

Het beschrijven van een sportprestatie kan in mijn ogen niet zonder geschiedenis. Al is het maar om het uitslagenblad of de recordlijst uit het verleden. Dan wordt een prestatie top genoemd, of ultiem, uniek, fantastisch, buitenaards, of gewoon best aardig maar slechts mogelijk door het ontbreken van een geblesseerde concurrente.

Daaraan ging Femke Heemskerk in haar oproep aan de sportpers - blijf niet in het verleden hangen - toch wel lichtjes voorbij. Zonder geschiedenis geen topverhaal. We schreven het met liefde op. Ik eindigde in Boedapest waar ik (door corona) de enige Nederlandse dagbladvertegenwoordiger was: ‘De tranen waren gedroogd. Haar zwemleven geslaagd, zou je van de buitenkant vaststellen.’

 

JOHN VOLKERS

Vicevoorzitter NSP