Nieuws

Wat een chaos, wat een gekte

Overal in het stadion was er vuurwerk bij het duel tussen Olympique Marseille en Feyenoord. Ook buiten was het dreigend en naargeestig. ‘We hadden er als pers uiteindelijk niet al teveel last van. Maar dat was eigenlijk best wonderbaarlijk te noemen’, rapporteert Bart Vlietstra, verslaggever voor de Volkskrant en SANTOS.

Door Bart Vlietstra  

Bart Vlietstra

Er werd lang wat lacherig gedaan over de Conference League, zeker ook onder het Nederlandse voetbaljournaille. Een Cupje zonder historie, met een lelijke naam, speciaal ontworpen voor kleine voetballanden, met als finalestad Tirana in een stadion waar maar 22.500 man in kan.

Maar toen Feyenoord de halve finale haalde, en de beslissing zou vallen in Marseille tegen de Franse evenknie Olympique togen er opvallend veel media naar Zuid-Frankrijk. Zendgemachtigde Veronica uiteraard, ESPN reisde zelfs uit met tien man, de NOS met vijf, RTV Rijnmond stuurde drie multi-taskers, AD en De Telegraaf elk twee verslaggevers, ANP twee fotografen en een verslaggever, ook Voetbalprimeur.nl en FC Afkicken vaardigden verslaggevers af.

Per vliegtuig, auto en trein gingen we. De meesten per vliegtuig trouwens. Bruce Tol van FC Afkicken en SANTOS-collega Jean-Paul Rison maakten er een lange roadtrip van langs tal van Franse stadions en voetbalplekken, allemaal te volgen via social media.

Zelf koos ik voor een combinatie auto en trein daar de prijzen van vliegtickets al letterlijk de lucht in waren geschoten op moment van boeken. Veel Feyenoord-fans hadden al een voorschot genomen op de halve finale en finale na de overtuigende poulefase. Dus tufte ik eerst naar Lille en nam daar de TGV naar Marseille. Na 4,5 uur doorjakkeren kwam ik aan op het prachtige station Saint-Charles in hartje stad, met uitzicht op de basiliek Notre Dame de La Garde, de bergen, de huizen, de haven.

Haasten, haasten, haasten naar de zogeheten matchday-1 persconferentie van Feyenoord-trainer Arne Slot en verdediger Gernot Trauner, die om 18.00 uur begon. Allemaal prima voorbereid en gecommuniceerd door de persafdeling van Feyenoord, die ook hielp bij de accreditatie. Gouden tip van SANTOS-collega Rison: pak de metro en niet de taxi vanaf Saint-Charles naar het vier kilometer verderop gelegen Stade Vélodrome. Veel goedkoper en sneller.

Het was even zoeken naar de persingang. Een NOS-collega stond niet op de lijst, maar mocht na wat gebel toch naar binnen.

Persconferentie aangehoord, stukje training bekeken en daarna artikel getikt met speciale focus voor de ultragroepen van Olympique Marseille, gevreesd door velen. Later op de avond bleek waarom. Als een troep hyena’s gingen jongens en mannen in het zwart of gehuld in donkere Marseille-shirts en petjes op achter Hollanders aan in de oude haven. Een dag later vertelde een aantal Feyenoord-fans hoe ze werden achtervolgd en aangehouden toen ze naar het hotel wilden gaan.

‘Veel dreigender was de sfeer dan bij eerdere uitwedstrijden in Belgrado, Berlijn en Praag’, twitterde verslaggever/fan-interviewer Frank Stout van RTV Rijnmond in de avond. Toen ik terugging naar mijn appartement met de metro laat op de avond stapten er een aantal van die ‘petjes’ de wagon achter me in, schreeuwend en tierend, de metrodeur expres openhoudend, loerend of er ergens Feyenoord-fans zaten.

De volgende dag, wedstrijddag, verplaatste de chaos zich langzaam van de oude haven naar het stadion. Toen ik aankwam op metrostation Rond Point du Prado klonk er direct keihard knalvuurwerk en zag ik mannen in Marseille-tenue rondzwaaien met Bengaalse fakkels.

Op de Boulevard Michelet was de eenzame snoepkraam van een dag eerder vergezeld door merguez-, kebab-, pizza- en patatuitstallingen. Werkelijk overal stond politie, maar de vuurwerkfanatiekelingen werden ongemoeid gelaten.

Snel naar binnen en in een volgepakte lift naar de perskamer bovenin. Ik greep naast het avondmaalpakket, maar hoorde van collega’s dat de couscous toch niet echt smakelijk was.

Door het raam had je uitzicht op de grote trap naar de hoofdingang. Tussen de flats rond het stadion zag je jongens rennen met vuurwerk en kapotgeslagen flesjes. Even later een wolk traangas en allerlei fans die naar de ingang renden, hun gezichten in hun jaskragen gestoken.

Politie in actie in het Stade Vélodrome na de wedstrijd tussen Olympique Marseille en Feyenoord. (Foto: Pieter Stam de Jonge / ANP).

Via Twitter meldde NRC-journalist en fervent Feyenoordfan Mark Lievisse Adriaanse dat de Feyenoord-supporters die zich moesten verzamelen bij het strand alvorens in bussen naar het stadion te worden gebracht zich plots zonder enige aanleiding in wolken traangas begaven. Sommigen kwamen de bus niet in en moesten lopen. Te laat en onderkoeld kwamen velen aan.

Ook de Feyenoord-spelersbus had vertraging, een baksteen landde op de buitenkant vlakbij waar Slot zat. Feyenoord wilde, begrijpelijk, uitstel van de wedstrijd, veel collega’s vreesden voor hun deadline. 21.00 uur als aanvangstijd is al haast niet te doen om iets fatsoenlijks in de krant te krijgen met deadlines die almaar naar voren kruipen vanwege chronische bezorgproblemen.

Er kwam geen uitstel. Onder een fluitconcert waarvoor het bijvoeglijk naamwoord ‘striemend’ volstrekt ontoereikend was, kwamen de Feyenoord-spelers op het veld. De tribune waar de fanatieke Virage Nord normaliter zetelt, moest van de UEFA leeg blijven door eerdere ongeregeldheden. Deze Virage was nu pontificaal aanwezig op de lange zijde De Virage Sud toonde daarom vlak voor de wedstrijd een choreografie met UEFA Mafia. Het werd op tv precies zo in beeld gebracht dat de tekst niet te lezen was.

Uit protest tegen de sluiting van een tribunevak mochten de supporters van Olympique Marseille in een ander deel van het stadion prominent hun afkeer uitbeelden met de woorden ‘UEFA MAFIA’. De actie werd de tv-kijkers onthouden. (Foto: Pieter Stam de Jonge/ANP).

Het kon en mocht allemaal, evenals het naar binnenbrengen van dozen vol vuurwerk. Het Vélodrome is sowieso imposant, de perstribune bevond zich zo hoog dat je er bijna hoogtevrees van kreeg. Schitterend, de golvende tribunes en overkapping, de blik op de bergen daarachter. Intens de sfeer, to put it mildly. Af en toe moest je je vingers in je oren doen, zo luidruchtig was het.

Al die ultragroepen sprongen, schreeuwden en floten als door de duivel bezeten. Er was overal vuurwerk, gelukkig was de perstribune op het rustigste deel met piekfijn uitzicht op al die prikkels. Prikken deed het letterlijk in de ogen van de spelers vanwege de melange van traangas en vuurwerkrook die in het eerste kwartier door het stadion waaide. Ook hier had de pers geen last van, wel konden we de in grijze tenues spelende Feyenoorders ver beneden ons in het eerste kwartier nauwelijks onderscheiden.

Feyenoord overleefde, vierde een prachtig feest met het uitvak, spelers en Slot waren snel beneden bij de media. Nog in voetbaltenue gaven ze vrolijke interviews. Ze waren opvallend kalm, ze hadden al ‘de focus’ op de finale in Tirana, wist Slot te vertellen.

Veel collega’s lieten hun redactie razendsnel vluchten naar Tirana boeken, alsmede hotels. De prijzen stegen per tien minuten, haast was geboden. Snel accrediteren evenzeer, ook al was de finale dan pas over drie weken. Gelukkig was de wifi top.

Na afloop schuilden de meeste journalisten even in het hotel naast het stadion, waar onder meer ESPN kamers had geboekt voor zijn mensen. Rond het stadion werd er flink gereld, zo meldde Jean-Paul Rison op Twitter. Feyenoord-fans konden niet weg, ronduit bloeddorstig waren die van Marseille. 

Ons ‘leed’ was vele malen kleiner. Bier werd in dit Meridien hotel geschonken in papieren bekers en de chagrijnige barmannen sloten de tap vliegensvlug.

ESPN maakte op de golven van de euforie nog een online-aflevering van Voetbalpraat. Ik schoof aan met Mikos Gouka (AD), analyticus Mario Been en presentator/commentator Leo Oldenburger. Zo zat de werkdag er om 1.15 eindelijk op.

Taxi besteld, want de metro reed niet meer en eerlijkheidshalve had ik daar ook niet veel trek meer in. De TGV zou de volgende dag al om 10.00 uur vertrekken, en er moest snel een follow-up komen. (Voor veel kranten worden die follow-ups nóg belangrijker, want lang niet alle krantenlezers krijgen door de vroege ‘sluittijden’ op vrijdagochtend een verslag van een late avondwedstrijd in hun papieren uitgave). Maar met mij probeerden nog honderden, verkleumde Feyenoord-fans naar het centrum te komen. Wat een chaos, wat een gekte.

Collega Mossou twitterde (en schreef later in het AD) over een vrijstaat, zowel de stad als de club. We hadden er als pers uiteindelijk niet al teveel last van. Maar dat was eigenlijk best wonderbaarlijk te noemen.