Nieuws

Vraagtekens bij junioren-WK

Van 27 tot 30 juni vinden in het Hongaarse Gyor de allereerste wereldkampioenschappen turnen voor junioren plaats. Zonder Nederlandse inbreng, maar wel met het Japanse wonderkind Takeru Kitazono, die bij de Youth Olympic Games in Buenos Aires vorig jaar vijf gouden plakken won. Ook in Hongarije is hij de titelfavoriet. Toch vrees ik dat daar straks maar geringe aandacht voor is vanuit de media.

En dan heb ik het niet alleen over Kitazono. Nee, ik spreek over het hele WK. Naast het feit dat de planning van dit toernooi bar slecht is, met onder andere de WK voetbal voor dames en de European Games in volle gang ten tijde van de WK turnen voor junioren, is het bovendien ook (nog) niet heel interessant voor journalisten.

Lisa Deen

Natuurlijk is het boeiend om de talenten van de toekomst te zien, maar wees eerlijk: er kan nog zoveel veranderen als ze senioren worden. Bovendien zijn de sporters in het turnen überhaupt al ontzettend jong. Bij de senioren doen al turnsters van vijftien, zestien jaar mee aan het WK. Kortom: een jaar na een juniorentoernooi zijn ze soms al senior. Wat is dan de toegevoegde waarde van een junioren-WK? Is een junioren-EK (en buiten Europa toernooien als de Pan Ams, Pacific Rim e.d.) dan niet voldoende tot ze senioren worden?

Voor de sporters is het een voordeel. Ze krijgen de kans om zich te laten zien tijdens een groot toernooi op mondiaal niveau. Ze kunnen zich meten met sporters uit andere landen en continenten. Maar what's in it for the media? Niet veel, denk ik. Want over het algemeen schrijven we maar weinig over deze jonge sporters in het turnen.

Even om het een en ander in perspectief te plaatsen: bij de WK voor junioren zijn meisjes tussen de 14 en 15 jaar, de jongens tussen de 16 en 17 jaar. Die jonge leeftijdsgrens komt natuurlijk door het feit dat senioren in het turnen - in tegenstelling tot sommige andere sporten - ook nog hartstikke jong zijn.

Ik vraag me dan ook ernstig af hoe de internationale gymnastiekfederatie media-aandacht wil genereren voor dit toernooi. Natuurlijk zullen de sportspecifieke journalisten (van blogs en magazines) wel schrijven over de wereldkampioenschappen, maar verder dan dat zullen we niet komen denk ik.

Dat geldt immers nu ook al voor de EK's voor junioren. Daar zit vaak alleen de echte liefhebber van de sport op de perstribune (ja, that's me). Om de toppers van de toekomst te bekijken. Met de invoering van de junioren WK's zal dat niet veel anders zijn.

Af en toe krijg ik wel eens de vraag: 'Waarom komt mijn zoon of dochter (van bijvoorbeeld 10, 11, 12, 13, 14) nooit in de krant? Ondanks medailles bij het NK (of een ander toernooi) is er nooit aandacht voor'. Te jong, moet ik dan antwoorden. Dat is voor ouders vaak maar lastig te begrijpen, maar het is zoals het is.

Bij de junioren WK gaan we zeker weten veel talenten in actie zien, maar de vraag blijft: hoeveel wordt er uiteindelijk over geschreven? We wachten het af.

LISA DEEN