SCHOT VOOR DE BOEG

Koester de autonomie die je als sportjournalist nog altijd hebt

Gio Lippens werd in de zomer van 2015 de nieuwe voorzitter van de Nederlandse Sport Pers, als opvolger van zijn NOS-collega Arno Vermeulen. Voor Sport Knowhow XL, het informatieplatform voor de zakelijke sportmarkt in Nederland, vormde die wisseling van de wacht vier jaar geleden aanleiding om de wielercommentator van NOS Langs de Lijn te interviewen. Lippens liet zijn licht schijnen over de sportjournalistiek, en in het verlengde de NSP.

Marco Knippen

,,Ik heb wel eens het idee dat wij als beroepsgroep in de knel komen’’, trapte Lippens af. ,,Door de toenemende commerciële belangen van organisatoren van evenementen en van sportclubs wordt het werken lastiger en lastiger’’, meende hij, doelend op de bewegingsvrijheid tijdens wedstrijden en toernooien en de werkomstandigheden in stadions en perscentra. ,,Daarnaast gaan bedrijven, professionele sportorganisaties en bijvoorbeeld betaaldvoetbalclubs zelf steeds meer bepalen wat ze naar buiten brengen via verschillende platforms. Ze maken daarvoor zelf content en willen dat vaak exclusief houden. Dat is een bedreiging voor de onafhankelijke sportjournalistiek, als je bent overgeleverd aan zulke bronnen voor je informatievoorziening.’’

Met die vaststelling lag de vraag voor de hand of de NSP niet moest opgaan in of zich aansluiten bij journalistenvakbond NVJ. Nu nog niet, stelde Lippens – een standpunt dat dit voorjaar opnieuw door het bestuur werd bekrachtigd. ,,Ik heb zelf het gevoel dat de NSP geen vakbond is en dat misschien ook niet moet willen zijn. Het is meer een club van vakbroeders, zoals je vroeger gildes had.’’

Een club, zo benadrukte Lippens, waar je deel van uit wil maken. ,,Voor mij is het (lidmaatschap, MK) nog steeds het bewijs  dat je tot de serieuze sportjournalistiek behoort. Het is mijn ambitie om die kaart de komende jaren z’n waarde te laten behouden of zelfs aan waarde te laten winnen. De service naar de journalist toe hopen we verder te verbeteren, we moeten ook onze waarde als serviceorganisatie naar sportevenementen toe blijven benadrukken.’’

Zijn constateringen, en de aspiratie, hebben vier jaar na dato geenszins aan kracht ingeboet – wat mij betreft, als de man die het stokje van hem heeft overgenomen. De wereld van nieuws en media is ingrijpend veranderd door de digitalisering. De traditionele media hebben aan macht ingeboet.

Voor clubs en topsporters zijn sociale netwerken als Facebook, Twitter, Instagram en de foto- en videowebsites YouTube en Snapchat inmiddels belangrijke afzetkanalen, waardoor ze de regierol in eigen handen hebben genomen. Niettemin: het ‘verstandshuwelijk’ tussen sportwereld en de sportjournalistiek is nog altijd intact, mede door een geïnteresseerd publiek dat hecht aan feiten en duiding.

Juist vanwege zijn streven naar kritische controle, zo liet Lippens destijds strijdlustig weten, was hij als NSP-preses voornemens zich als voorvechter voor de ‘onafhankelijke sportjournalistiek’ op te gaan werpen. ,,Het publiek heeft recht op niet-gekleurde informatie. Als je het overlaat aan mensen van sportorganisaties, dan wordt het sowieso gekleurd. Als lezer, kijker of luisteraar zou ik me dan bekocht voelen.’’

Waarheidsvinding. Het is precies datgene waarvoor (ook) ik, als de nieuwe voorzitter van de NSP, een pleidooi zou willen blijven doen. Want hoe lastig in tijden van ‘nepnieuws’ dat soms ook lijkt te zijn, is dat ons wapen om een rol van betekenis te blijven spelen. Koester daarom de autonomie die je als sportjournalist nog altijd hebt, de zelfstandigheid die de NSP met 557 aangesloten leden anno 2019 eveneens hoog in het vaandel heeft staan.

MARCO KNIPPEN

Voorzitter NSP