SCHOT VOOR DE BOEG

Ajax en de centen

Het gerenommeerde Amerikaanse zakenblad Forbes heeft Ajax voor het sinds bijna 15 jaar opgenomen in de top twintig van de lijst met waardevolste voetbalclubs ter wereld. Je kunt je afvragen wat Ajax precies aan deze fraaie notering heeft (want leuk hoor dat Ajax 413 miljoen euro waard zou zijn, de club gaat helemaal niet verkocht worden - als er überhaupt al miljardairs in de rij staan om dit bedrag even neer te leggen).   

Maar tegelijkertijd zegt deze vaststelling, die ook weer niet zomaar uit de lucht gegrepen is, alles over de verbluffende ontwikkeling die Ajax de laatste jaren heeft doorgemaakt.  

Neem de situatie waarin Ajax zich momenteel in Europees verband bevindt. De waarschijnlijke uitschakeling deze week in de kwartfinale van de Europa League zal voelen als onnodig en een gemiste kans om na 2017 (!) wéér een Europese finale te bereiken. Het zal voelen als een nederlaag tegen een minder goed team, bovendien.   

Draai de klok eens pakweg zeven jaar terug en niemand had dit nog voor mogelijk gehouden. 

Daan Smink, bestuurslid NSP

En dan heb ik de op een haar na gemiste Champions League-finale van 2019 nog niet eens genoemd. Inmiddels lijkt het weer de normaalste zaak van de wereld, Ajax dat weer (bijna) kan wedijveren met de Europese top. Vinden overigens ook de Ajax-fans zelf.  

Maar het ís niet normaal. Ook niet als je wat langer kijkt naar de lijst van Forbes. Want leuk hoor, die potentiële 413 miljoen euro en die twintigste plek, maar de nummer één FC Barcelona zou (ondanks 1 miljard schuld..) liefst 4,76 miljard waard zijn. En ook clubs als West Ham United en Everton zijn nog boven Ajax te vinden op de lijst. En kijk je naar de omzet en de spelersbudgetten, dan is de afstand tussen die clubs en Ajax nóg groter.  

Dat beseffen ze in Amsterdam dondersgoed. Want hoe bewonderenswaardig ook hoe ver Ajax inmiddels terug omhoog is geklommen op de Europese ladder (dat is op zich al een boek waard, zeker gezien de toch bloederige voorgeschiedenis), het is geen geheim dat de club nog niet daar is waar ze zijn wil. Niet voor niks probeert directeur Edwin van der Sar zijn stempel te drukken op de nieuwe opzet van de Champions League. Hoe die gesprekken ook aflopen: de kans lijkt niet heel groot dat Ajax zich financieel op den duur echt kan meten met de Europese top.   

Vast lijkt wel te staan dat de geldelijke voorsprong op de concurrentie in eigen land steeds groter wordt. En dat is de keerzijde van dit succesverhaal: de titelstrijd in de Eredivisie wordt er niet spannender op. Dit seizoen kan heel goed de voorbode zijn voor de komende jaren, gezien het financiële gat dat Ajax met PSV aan het slaan is – om over AZ en Feyenoord nog maar te zwijgen. 

Journalistiek gezien is het verslag doen van Europese successen van Nederlandse clubs altijd weer een van de hoogtepunten in een sportjaar. Dus duimen we ook in Rome weer voor Ajax – want natuurlijk kan het nog goedkomen. Maar laten we tegelijkertijd alsjeblieft hopen dat de titelstrijd in de Eredivisie niet zo saai en voorspelbaar gaat worden als die in Duitsland. 

DAAN SMINK