Nieuws

Regenboog

In de wirwar van EK-meuk kwam ik in mijn Twitter-tijdlijn opeens zijn gezicht tegen. Zijn Foundation bestond 12,5 jaar, er was een nieuw logo ontworpen. Even later stak de discussie over de Hongaarse premier en diens anti-homowet de kop op, dat kon geen toeval zijn.

En ik dacht: wat zou John Blankenstein hier allemaal van hebben gevonden?

In 2006 stierf hij. Zes jaar eerder maakte ik een boekje over zijn leven en de regels van het spel. We raakten bevriend. De manier waarop hij mij zijn diepste gevoelens, twijfels en liefdesperikelen toevertrouwde, ontroerde me. John Blankenstein was een uitstekende scheidsrechter, maar ook een fijn mens. Open en kwetsbaar. Zijn wapens in de strijd tegen homo-acceptatie waren humor en zelfspot. Daarmee dwong hij bij zowel vriend als vijand respect af. Hij vocht voor zijn rechten als mens. Nooit met een drammerig, activistisch toontje. Aan talkshowtafels kon hij scherp zijn, maar ook realistisch en verdraagzaam.

Yoeri van den Busken

Zijn zus Karin richtte in zijn geest de John Blankenstein Foundation op. Ze wint terrein; waarvoor hulde. Maar om een op hol geslagen volksleider tot inkeer te brengen, heb je de EU nodig. Of de grote internationale voetbalfamilie. En dat is nog een heel gedoe. De Duitse doelman Manuel Neuer mag tegen Hongarije zijn aanvoerdersband in de regenboogkleuren dragen – het symbool van de LHBTI-gemeenschap.

De wens van de gemeenteraad van München om de Allianz Arena met diezelfde kleuren te verlichten, haalde het daarentegen niet. De UEFA vindt het EK geen podium om je politiek te uiten. Ik zie hele elftallen bij de aftrap demonstratief knielen om de Black Lives Matter-beweging openlijk te steunen. Wat is het verschil?

Frans Weisglas zei het treffend op Twitter. De oud-voorzitter van de Tweede Kamer reageerde op een stelling dat Oranje voor de achtste finale in Boedapest een statement zou moeten maken. Het is dan onzin om te zeggen dat sport en politiek gescheiden moeten blijven, zei hij. Omdat dit over mensenrechten gaat. Niet over politiek.

Dat de Duitsers hierbij vooroplopen, is geen toeval. Nog niet zo lang geleden kwam ex-international Thomas Hitzlsperger uit de kast. Zijn verhaal zwengelde een discussie aan. Kennelijk moet het eerst erg dichtbij komen om echt op te staan. Anders kan ik het niet verklaren dat de KNVB en de internationals dagenlang om de hete brij heen blijven draaien. De focus lag op voetbal, zei Frank de Boer zondag in de aanloop naar de derde groepswedstrijd waarin niets op het spel stond. Bondsvertegenwoordigers gaven aan dat er later in de week over zou worden nagedacht.

Ik ben benieuwd waar dat zondag toe leidt. Ik hoop heel erg dat ik ongelijk krijg, maar de voortekenen zagen er niet heel goed uit. Wordt het weer zo’n T-shirt met de laffe en nauwelijks leesbare tekst Football supports change, waarmee onlangs de toestand in Qatar werd aangekaart? Of toch een ‘veilige’ regenboogband om de arm van Georginio Wijnaldum, net zoals bij collega Neuer? 

Toen het een tijdje geleden over racisme ging, waren de Nederlandse internationals er nog als de kippen bij om hun stem te verheffen. Er waren allerlei foto’s en gebaartjes, een monoloog van de aanvoerder en een boycot van een programma waar ze saillant genoeg nooit in waren verschenen. Maar bij het onderwerp ‘WK Qatar’ begon het al te schuren, want dat willen ze toch niet graag missen en ach, het is ver van hun bed.

Nog in deze eeuw trok John Blankenstein ten strijde toen een imam in Rotterdam orakelde dat homo’s varkens zijn die uitgeroeid moeten worden. Die tekst sneed iets dieper dan een flauwe grap van een voetbalanalist, waar tegenwoordig een heel land van in de war raakt. Bij de rechter haalde Blankenstein bakzeil. Vrijheid van religie, werd het genoemd. Hij bleef verbijsterd achter. De massa zweeg. Schijnbaar staat homofobie een stuk lager op de agenda dan racisme. Terwijl het in beide gevallen gaat om hetzelfde: de fundamentele rechten van de mens.   

Ik mis de mens en de voorvechter John Blankenstein. Hij had deze week het verschil kunnen maken in de praatprogramma’s. Hij zou zich fel hebben uitgesproken tegen de Hongaarse anti-homowet en het selectieve gedrag van mensen in het voetbal. Hij zou blij zijn geweest met Carl Nassib, die uitgerekend deze week als eerste nog actieve American-Footballspeler vertelde dat hij op mannen viel. En hij zou hebben geconstateerd dat er dus best veel is veranderd. Maar veel ook niet. Want vijftien jaar na zijn dood is er nog steeds niemand in het Nederlandse voetbal die in zijn voetsporen durft te treden.

 

YOERI VAN DEN BUSKEN