SCHOT VOOR DE BOEG

Vrijheid

Acht jaar lang sprak Evgeniy Levchenko zijn bezorgdheid uit. Sinds de Russische annexatie in 2014 van de Krim, het schiereiland dat van Oekraïne werd afgepikt, benadrukte de oud-voetballer dat er sprake was van een conflict dat wel eens verder zou kunnen escaleren. Hij werd nauwelijks gehoord. Na de Russische invasie in Oekraïne is dat veranderd.

Marco Knippen

De stem van Levchenko, wiens voetbalcarrière zich voor het grootste deel in Nederland (Vitesse, FC Groningen, Willem II, Sparta, Cambuur en Helmond Sport) afspeelde, is niet langer te negeren. De oud-international (acht interlands) werd in Nederland de spreekbuis van een volk dat zich niet laat onderdrukken. Het is zijn manier om toch, met het vrije woord als wapen, nog in de frontlinie te staan.

Onvermoeibaar brengt Levchenko de gevoelens en emoties van zijn landgenoten en hemzelf onder woorden, in de hoop dat de brede steun op den duur niet omslaat in verflauwde betrokkenheid en desinteresse. Zo ook bij de Nationale Sportherdenking bij het Olympisch Stadion in Amsterdam op woensdag 4 mei.

Vreemd was zijn aanwezigheid als spreker en kranslegger niet. Zelfs in oorlogstijd laat de mens zich immers het voetbal niet ontnemen. Zo was het in de Tweede Wereldoorlog, toen de bal lang bleef rollen. Pas in het seizoen 1944-’45 was er in Nederland geen landskampioen, nadat Heracles, ADO (twee keer) en De Volewijckers de jaren ervoor nog de titel veroverden.

Zo was het ook in 2014 in Oekraïne: Feyenoord trof destijds bijvoorbeeld in Europees verband Zorja Loehansk terwijl het leger met Russische separisten vocht, zij het dat het uitduel niet in het oosten van het land werd gespeeld maar in hoofdstad Kyiv. Sjachtar Donetsk werd in dat jaar nationaal kampioen.

De prijs die voor het sportief vermaak werd betaald was soms hoog, valt uit het boek 21 man – ‘Een hoogtij-sportdag die een berucht uiteinde vond’ van sportjournalist Peter van der Meeren op te maken. Op 21 mei 1944 hielden de Duitsers tijdens een wedstrijd tussen de districten Noord (met Abe Lenstra) en West (met Kick Smit) in Sneek een razzia: 21 toeschouwers werden opgepakt, twee van hen vonden de dood in een concentratiekamp.

Ook veel voetballers overleefden de oorlog niet. Op het monument bij de KNVB in Zeist staan de namen van 2212 omgekomen voetballers, onder wie internationals en menig verzetsstrijder. Het is een incomplete lijst, zo achterhaalde sporthistoricus Jurryt van de Vooren, medeorganisator van de Nationale Sportherdenking. Zijn zoektocht leverde al ruim 2700 namen op, en gaat nog altijd door.

Net als in de Hongerwinter en in de bevrijdingsmaanden in Nederland, nu 77 jaar geleden, kwam de bal ditmaal in Oekraïne tot stilstand. Sinds eind februari is in de hoogste competitie niet meer gespeeld en eind april werd het seizoen definitief beëindigd, zonder het uitroepen van een kampioen. Buitenlandse spelers waren toen al lang gevlucht, terwijl Oekraïense medespelers zich bij het leger aansloten – en zij niet alleen: ook onder anderen de boksbroers Klitschko (samen goed voor vele wereldtitels), karateka Stanislav Horuna (olympisch brons tijdens de Spelen in Tokio vorige zomer) en proftennisser Sergiy Stakhovsky (die begin dit jaar nog meedeed aan het kwalificatietoernooi van de Australian Open) deden dit.

Of zij ongedeerd het slagveld zullen verlaten, valt te bezien. Het is een beklemmende gedachte voor Levchenko. ,,Wij herdenken hier’’, zei hij op 4 mei naast het beeld van Prometheus, ,,terwijl op twee uur afstand raketten worden afgevuurd en mensen vermoord. Dat is surrealistisch. Laten we ons daarom ervan bewust zijn dat vrijheid niet vanzelfsprekend is. Vrijheid moeten we omarmen, vertroetelen en nooit meer loslaten.’’

Juist dáárom zal Levchenko zich blijven uitspreken, zoals Nederlanders jaarlijks de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog (en sinds 1961 ook landgenoten die in oorlogssituaties en tijdens vredesoperaties het leven lieten) herdenken. Opdat wij niet vergeten.

 

MARCO KNIPPEN

Voorzitter NSP