IN DE SPO(®)TLIGHT

Dennis Boxhoorn, ex-sportjournalist, nu correspondent België

‘Soms voel ik nog fomo’

Zes jaar lang reisde Dennis Boxhoorn voor NRC de wereld over, hij volgde als sportjournalist alle grote wielerwedstrijden, de Olympische Spelen in Tokio en Beijing en kreeg tijd en ruimte voor mooie reportages. De corona-leegte in de sport zette hem aan het denken. Sinds 1 april is Dennis Boxhoorn (33) als freelancer correspondent in België met NRC als belangrijkste opdrachtgever.

Door Henk Mees

Dennis, hoe kwam je in 2016 eigenlijk bij NRC terecht?

,,Ik zat al op jonge leeftijd in de journalistiek, als medewerker bij het Woerdens Nieuwsblad en AD Het Groene Hart. Op de School voor de Journalistiek was ik de enige die er zoveel bijdeed. Daarna ben ik uiteindelijk bij Runnersworld terecht gekomen, een hardloopmagazine dat vooral op de breedtesport is gericht. Voor Runnersworld maakte ik een reportage over de halve marathon van Noord-Korea. Dat was het kantelpunt. Dat verhaal trok zoveel aandacht dat ik werd uitgenodigd voor een gesprek bij NRC. Ik mocht meteen naar de Tour van 2016.”

Hoe kwam dan vrij snel al de gedachte op om de sportjournalistiek in te ruilen voor een correspondentschap?

Dennis Boxhoorn tijdens de Tour de France van 2020. (Foto: Joris Knapen)

,,Sport houdt me nog steeds bezig, maar toch groeide langzaam in mijn hoofd de twijfel of ik er nog wel genoeg voldoening uit kon halen. Ik wilde mijn dochter, die nu zeven is, vaker zien. En ik wilde steeds meer over onderwerpen schrijven die nog meer mensen beroeren, die echt belangrijk zijn. Zo groeide de behoefte om meer over de schutting te kunnen kijken.”

Is de stap naar het correspondentschap als freelancer dan het meest logisch?

,,Vrienden en collega’s hebben mij inderdaad gevraagd waar ik aan begon. Ik had een vaste baan, een leaseauto, een huis in Purmerend gekocht. Ik zat in een luxe positie bij een fijne krant waar de waan van de dag niet van belang was. Ik aasde wel al langer op een correspondentschap. Ik werd ook uitgenodigd om te solliciteren. Dakar (Senegal)  kwam voorbij, maar dat kon ik mijn dochter niet aandoen. Parijs sprak me wel aan, maar dat was zo kort voor de presidentsverkiezingen dat ik zonder genoeg voorbereiding daaraan niet wilde beginnen. En toen kwam België langs, een mooie post om in te stappen. NRC vormt de basis van mijn werk. Ik kan ook wat doen voor De Muur, voor De Groene en voor Vrij Nederland.”

Wat wist je van België?

,,Het is het land van de koers. Ik ben er vaak geweest voor wielerwedstrijden, maar ik kende het eigenlijk niet. Het is een super-divers, schizofreen land met grote cultuurverschillen, ingewikkeld vanwege de verschillende staatskundige vormen.”

Mis je de sport al?

,,Ik ben er nog niet helemaal los van,  af en toe voel ik nog wel wat fomo, de Fear of missing out. Wielerverslaggever is toch wel een way of life, onderweg door Europa, 8.000 kilometer in je eentje in de auto door Frankrijk heen tijdens de Tour de France. Mijn eigen plan trekken, dat past wel bij mij.  Fijn dat ik nu als correspondent soms nog over sport kan schrijven, bijvoorbeeld over de ploeg van Mathieu van der Poel. Maar ik moet me nu eerst vooral toch als correspondent België profileren. Er valt hier genoeg te schrijven over thema’s als PFAS, stikstof en kernenergie.”  

Al ontdekt waar de journalistiek in België verschilt van de Nederlandse?

,,De Belgische media zitten wel erg kort op de bal, niet alleen in de sport, ook daarbuiten. Ik bespeur een meer agressieve mentaliteit in de journalistiek. Hier is iets nog eerder een affaire.”

Terugkijkend, toch nog iets gemist als sportjournalist?

,,Ik heb de grote evenementen mogen volgen, uitgezonderd dan voetbal wat gewoon niet mijn ding is. Ik had nog wel graag een boek geschreven over de honderd dagen wielrennen in het coronajaar 2020. Ik heb dat jaar in een roadtrip van honderd dagen het wielrennen gevolgd. Ik kwam in La Coruña in een demonstratie terecht, in Beirut was er die ontploffing in de haven. In die periode viel veel meer te beschrijven dan het wielrennen alleen. Achteraf gezien had ik dat meteen moeten uitwerken.”